Onderzoekers, docenten en studenten van de opleiding Toegepaste Biologie werken dit jaar en volgend jaar mee met een onderzoek naar de afname van het aantal gewone zeehonden in de Waddenzee. Het aantal gewone zeehonden neemt al een paar jaar af, maar niemand weet goed waardoor deze afname veroorzaakt wordt. Is het voedselbeschikbaarheid, ziekte, zwerfafval, verstoring, of toch iets heel anders?
Zoë Vink, vierdejaars studente Toegepaste Biologie, loopt stage binnen het onderzoeksproject en doet onderzoek naar het gedrag van gewone zeehonden in relatie tot verstoring door mensen.
“Mijn focus ligt op het onderzoeken van effect van menselijke verstoringsbronnen op het (vlucht)gedrag van rustende zeehonden. Hiervoor ga ik de komende tijd het veld in om observaties te doen en data te verzamelen.”

Foto: Martijn Hammers
“Voor mijn afstudeerstage werk ik ook mee aan een literatuuronderzoek met als doel de factoren die de populatieontwikkeling beïnvloeden in kaart te brengen. Zelf heb ik al naar het effect van voedselbeschikbaarheid op de overlevingskans en het voortplantingssucces van de gewone zeehond gekeken. Uit deze analyse blijkt dat het geboortegewicht afhankelijk is van de voedselbeschikbaarheid, en pups met een lager gewicht een lagere overlevingskans hebben. Om de afname van zeehonden verder te onderzoeken kan het dus de moeite waard zijn om te focussen op voedselbeschikbaarheid en op factoren die het geboortegewicht beïnvloeden, zoals menselijke verstoring rondom de geboorte van pups.”
Reactie plaatsen
Reacties